zondag 18 juli 2010

Mispoes

Hij stond daar zo rustig. Zij had op de trap gezeten en vroeg zich plotseling af hoe lang hij daar eigenlijk al gestaan had, voor ze hem opmerkte. Zijn borst ging op en neer en hij keek in de richting die hij dadelijk zou volgen. Toen zijn hoofd bewoog, wendde zij haar gezicht af en pretendeerde weer te lezen in haar boek. Een vleug van haar verlegenheid was voelbaar. Zij voelde vooral een bepaalde aantrekkingskracht. Nieuwsgierig keek ze voorzichtig weer naar hem op, terwijl hij weer in zijn vorige houding verviel. Hij stak zijn handen nonchalant in zijn zakken en zij observeerde al zijn gelaatstrekken en bewegingen. Sportief, concludeerde ze algauw. Misschien uit een wellicht welgesteld gezin. Hij draagt immers echte Birkenstocks en bovendien lijkt hij aan tennis te doen.

Misschien is hij wel aankomend wereldkampioen. Ze zouden in een prachtige villa leven, met niet alleen een zwembad maar natuurlijk ook een tennisbaan in de tuin. De kinderen zouden dubbele namen krijgen en alles wat hun hartje begeert. Het zou er sowieso al naar uitzien dat ze haar kinderen, met welke man dan ook, flink zou verwennen. Zij zou een eigen auto rijden, een cabrio.  Stiekem hoopte ze op een Volkswagen Beetle, cabrioletuitvoering, metallic groen. En een mooie, passende zonnebril. Misschien zou eindelijk dat ene montuur van Ray-Ban of wellicht Chanel op haar neus pronken. Hij zou wedstrijden spelen, maar veel thuis kunnen zijn om te trainen. Daar is die tennisbaan toch voor? Zij zou ondertussen dikke vriendinnen zijn met Serena en Venus Williams, misschien ook wel met de familie Krajicek.

Ze schrikt op uit haar gedachten en fantasieën. Wat is ze verschrikkelijk stom. Ze heeft zo zitten dagdromen en haar kans misgelopen. Ze zal het nooit weten.

De trein reed de stationshal uit. Met hem. Zonder haar. Gemist.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten